Nadere bewijslevering bij aansprakelijkheid ruzie werkvloer
Uitzendkracht X, appellant, heeft werkzaamheden verricht bij vennootschap Y, geïntimeerde. Tijdens die werkzaamheden is onenigheid ontstaan tussen appellant en twee uitzendkrachten afkomstig van een ander uitzendbureau. Na zijn werkzaamheden is appellant mishandeld door deze twee uitzendkrachten, waarvoor laatstgenoemden ook strafrechtelijk zijn veroordeeld. Appellant stelt dat geïntimeerde aansprakelijk is voor zijn schade als gevolg van deze mishandeling. Het hof oordeelt dat de feitelijke gang van zaken rondom de ruzie onvoldoende vaststaat om dat te beoordelen en laat appellant toe tot nadere bewijslevering.
Klik hier voor de uitspraak: