Wijzigingen in beslagvereisten in beslagsyllabus 2011
Afgelopen zomer, in juni 2011, zijn de voorwaarden, die aan een beslagverzoek worden gesteld, aangescherpt ten faveure van de schuldenaar. Met deze aanscherping loopt Nederland, internationaal gezien, weer enigszins in de pas. De voorwaarden voor een conservatoir beslag kunnen online worden gevonden in de beslagsyllabus (zie www.rechtspraak.nl). Kort gezegd komen de wijzigingen erop neer dat de vordering van de schuldeiser en het verweer van de schuldenaar nog beter dienen te worden onderbouwd, zo nodig met bewijsstukken. Daarbij dient de schuldeiser gemotiveerd aan te geven waarom het beslag nodig is en waarom is gekozen voor beslag op de in het beslag genoemde goederen en waarom niet een minder bezwarend beslagobject mogelijk is (bijvoorbeeld beslag op een onroerende zaak in plaats van derdenbeslag onder de bank). Verder wordt de beslagtermijn in beginsel op 14 dagen gesteld en wordt de mogelijkheid van verlenging van de beslagtermijn moeilijker gemaakt.
Duidelijke kentering in praktijk
De praktijk van het afgelopen half jaar leert dat de rechterlijke macht kritisch omgaat met ingediende beslagverzoeken en niet schroomt om beslagverzoeken en/of verlengingsverzoeken af te wijzen, zeker als deze niet goed onderbouwd zijn.
Recentelijk heeft het gerechtshof Amsterdam in haar arrest van 10 januari 2012 (LJN: BV0477) bovengenoemde lijn doorgezet. Het hof heeft beslist dat de eis van ‘gegronde vrees voor verduistering’, die aan bepaalde beslagen wordt gesteld (zoals het beslag op aandelen en het beslag op een onroerende goed), geen formaliteit is, maar echt deugdelijk dient te worden aangetoond. De enkele omstandigheid, dat een vordering onbetaald blijft, is daarvoor onvoldoende.
Vragen
Mochten er nog vragen en/of opmerkingen zijn aangaande het leggen van beslag en geschillen daaromtrent, dan kunt u contact opnemen met Bart de Ruijter.